In opa’s en oma’s tijd waren de Naobere de belangrijkste schakel in het sociale leven; Naoberschap, de zorg voor je buren. Het was een liefdevolle sociale plicht om op te komen voor elkaar. Ik ken het nog van toen ik jong was.
Hoe je precies Naober van elkaar werd weet ik niet, maar het fascineerde me wel.
Als de overburen hulp nodig hadden bij het touwtjes aanbinden bij de bonen op het land, ging mijn vader helpen. Het maakte niet uit hoe druk hij het had. Hij deed dat gewoon. En omdat mijn vader goed was met paarden reed hij samen met overbuurman hun nieuwe paard in. Op zijn beurt hielp onze overbuurman weer om ons land om te ploegen. Maar vooral ook als er iemand ziek was of kwam te overlijden hielp je elkaar. Dat was gewoon vanzelfsprekend.
Over de jaren heen ben ik het woord Naober kwijtgeraakt, zoals mogelijk bij velen ook het geval is.